Eerst proberen, dan investeren - GEA-testfaciliteiten
Het GEA-testcentrum in Kopenhagen biedt klanten de mogelijkheid om de levensvatbaarheid en praktische bruikbaarheid van het drogen van voedingsingrediënten, zetmeel en eiwit te beoordelen, voordat ze in hoogwaardige kapitaalgoederen investeren. Op die manier kunnen fabrikanten de ontwikkelingscycli inkorten, recepten en processen optimaliseren, en productkwaliteit waarborgen.
Met het bouwen van een drooginstallatie voor voedingsingrediënten, zetmeel en eiwit zijn enorme kapitaalkosten gemoeid. De keuze van de apparatuur en de verfijning van recepten en processen laat weinig ruimte voor fouten. Elk product en elke toepassing is anders en om effectief te zijn op een enorm concurrerende markt, moeten installaties worden geoptimaliseerd om vanaf de start de benodigde poedereigenschappen en productiviteit te behalen.
Een manier om dit te bereiken is door het product te testen onder praktijkomstandigheden voor drogen, voordat er wordt geïnvesteerd. Daar kan het GEA-testcentrum in Kopenhagen klanten bij helpen, om ervoor te zorgen dat processen lang voordat een installatie wordt gebouwd, worden geperfectioneerd en bewezen.
Vol vertrouwen investeren
Het GEA-testcentrum in Kopenhagen is verreweg het grootste ter wereld en kent het ruimste aanbod apparatuur en procesflexibiliteit om te voorzien in de behoeften van alle klanten. Het testcentrum beschikt niet alleen over 35 procesinstallaties en een lange lijst met apparatuur en complete laboratoriumfaciliteiten, waar meer dan 10.000 tests zijn verricht, het telt ook 25 technici die allemaal beschikken over een specifieke expertise op het gebied van drogen en vele jaren ervaring in het verrichten van procestests namens klanten. Het is een unieke bron die zeer wordt gewaardeerd door de klanten van GEA als de belangrijkste manier om haalbaarheidsstudies, pilot-tests en laboratoriumanalyses te verrichten, om de vereiste kwaliteitsstandaarden en poedereigenschappen te behalen. Bovendien biedt dit het vertrouwen dat de klant over een veilig, productief en herhaalbaar proces zal beschikken, voordat ze in de apparatuur voor een grootschalige productie investeren.
Thomas Willum Jensen is Head of Product Development bij het testcentrum in Kopenhagen. Volgens hem is de faciliteit niet alleen belangrijk voor de ontwikkeling van nieuwe producten, maar ook om relaties op te bouwen tussen GEA en diens klanten. “Het testcentrum helpt onze verkoopingenieurs om samenwerkingsverbanden met klanten te ontwikkelen, door hun vertrouwen in ons bedrijf en onze medewerkers te bieden”, licht hij toe. “Door met hen samen te werken om nieuwe producten te ontwikkelen of de specificaties van bestaande producten te veranderen, worden we een integraal onderdeel van hun productontwikkelingsteam.”
Haalbaarheidsstudies
De eerste stap in de beoordeling van elke droogtechnologie is een haalbaarheidsstudie met gebruik van een klein monster of een oplossing, slurry, pasta, filterkoek of poeder. Hiermee wordt beoordeeld of een product kan worden gedroogd of geagglomereerd en of de specifieke eigenschappen van de poederdeeltjes kunnen worden behaald. Dit leidt tot een conceptvoorstel voor een industrieel productieproces.
Pilot-tests
Pilot-tests worden gebruikt om de fundamentele ontwerpgegevens te krijgen die nodig zijn voor het drogen van een nieuw of bestaand product en/of optimalisatie van productieprocessen. GEA biedt een ongekend assortiment testinstallaties dat alle belangrijkste droogtechnieken beslaat, inclusief één- en meerfasige drogers, flash- en ringdrogers, en een uitgebreid aanbod boven- en benedenstroomse processen, zoals verdamping, hittebehandeling, homogenisatie en scheiding, allemaal geleverd binnen de GEA Group. Installaties variëren in grootte van desktop-drogers die R&D-monsters produceren tot grootschalige installaties voor continue productie.
Laboratoriumanalyses
Het GEA analytisch laboratorium beschikt over ervaren, gekwalificeerd personeel en de apparatuur die nodig is om de producteigenschappen te onderzoeken, zoals het totale vastestofgehalte, viscositeit, deeltjesgrootteverdeling, deeltjessamenstelling en -vorm, en vochtgehalte. Het laboratorium kan ook druppelvorming, pompbaarheid, oplosbaarheid en verwacht gedrag tijdens het droogproces beoordelen. Deze evaluaties vormen de basis voor de aanbeveling van een geschikte vernevelingsmethode, het maximale vastestofgehalte in de voeding en andere procesgerelateerde gegevens.
Poederkwaliteit garanderen
Henrik Stillhoff Nielsen is een procestechnoloog bij GEA, die op de afdeling Voedingsingrediënten werkt. Volgens hem is het mogelijk om een product direct van de eerste haalbaarheid tot het uiteindelijke poederproduct te nemen, en ervoor te zorgen dat de gewenste eigenschappen worden behaald. “Het hele testproces wordt binnen enkele dagen verricht”, licht hij toe. “In de tussentijd werken we bij het testcentrum met onze klanten om te bepalen of poederdeeltjes met de gewenste eigenschappen kunnen worden behaald. We kunnen ook demonstreren hoe het in de praktijk zou werken, voor wat betreft stromingseigenschappen, dichtheid en oplosbaarheid. Als de tests eenmaal zijn voltooid, kunnen we de klant bepaalde garanties bieden voor wat betreft poederkwaliteit, capaciteit en reinigingsefficiëntie in bedrijf.”
Tijdens het hele proces wordt de vertrouwelijkheid van klantgegevens gehandhaafd. “Testresultaten blijven altijd vertrouwelijk tussen GEA en de klant”, aldus Henrik. “Hoewel we onze ervaring gebruiken om onze klanten te helpen, gaan we er nooit vanuit dat historische testresultaten identiek zullen zijn aan die van een test met een vergelijkbaar product. Zelfs kleine verschillen in het materiaal van de voeding kunnen een geheel andere aanpak vereisen om een optimaal proces te verkrijgen. Elke test is uniek.”
Mensen maken het verschil
Daarom zijn de ervaring en het oog voor detail van de medewerkers bij het testcentrum zo belangrijk. “We weten dat we het beste en meest uitgebreide technologie-aanbod ter wereld hebben, maar alleen dat is niet genoeg”, aldus Thomas. “De tests zijn allemaal anders en onze klanten proberen meestal iets unieks te creëren, waardoor er altijd uitdagingen zijn en we overal op voorbereid moeten zijn. Daarom moeten al onze medewerkers, testingenieurs, laboratoriumtechnici en onderhoudspersoneel uiterst deskundig zijn en over een uitgebreide training en vele jaren ervaring beschikken. Ze moeten over de kennis en het vertrouwen beschikken om nieuwe dingen te proberen en de grenzen van het haalbare te verleggen. Ze weten dat ze onze klanten niet altijd kunnen helpen met de ontwikkeling van nieuwe en innovatieve producten door te doen wat ze altijd hebben gedaan: ze moeten hun kennis gebruiken om iets speciaals te creëren.”
Het droogtestcentrum in Kopenhagen wordt niet alleen gebruikt voor zetmeel, eiwit en voedingsingrediënten, maar ook voor tal van zuivel-, chemische en farma-toepassingen. Sproeidrogen kan ook worden getest bij GEA-testfaciliteiten in Columbia, VS. Neem voor meer informatie over GEA-testfaciliteiten en om te ontdekken hoe u kunt helpen om uw processen te verfijnen en nieuwe producten te ontwikkelen, contact op met uw GEA-verkoopingenieur.
