Aseptomag®-kleppenlijn
Aseptomag®-lekkleppen worden hoofdzakelijk gebruikt voor de mengbestendige afsluiting van incompatibele producten tussen tank en productleiding in UltraClean-verwerkingsinstallaties. De klep kan verder worden gebruikt op pijpverbindingen waarbij één leiding piggable is, en toch een mengbestendige afsluiting wordt gewaarborgd ten opzichte van de andere leiding.
Behuizing
Behuizingen voor bodemzitting-lekkleppen zijn verkrijgbaar met twee, drie of vier aansluitpoorten. De kleppen worden geproduceerd met standaard stompgelaste aansluitingen. Behalve met de normale bodemzittingbehuizingen, zijn LVBS kleppen ook verkrijgbaar met gelaste of geschroefde flensverbindingen.
Binnenwerk
De inwendige samenstelling is in de standaarduitvoering voorzien van een harde TEFASEP®-afdichting voor de axiale, en een EPDM afdichting voor de radiale klepzitting. Behalve het standaard afdichtingsmateriaal is er een o-ring van PTFE beschikbaar voor de axiale klepzittingafsluiter.
Aandrijving
De pneumatische aandrijving voor lekkleppen LVBS is ontworpen als veersluitend/luchtopenend (NC). Het standaardontwerp maakt behalve de volledig slag ook het zelfstandig optillen van de klepzittingen mogelijk (EA). Als optie kan de klep worden geconfigureerd met een aandrijver waarbij alleen de radiale klepzitting A zelfstandig kan worden opgetild (AZ).
Klem
Door zijn degelijke constructie biedt de GEA Aseptomag-klem een drukstabiele en veilige aansluiting van de hoofdonderdelen. Het speciale ontwerp met drie segmenten maakt een onderhoudsvriendelijke behandeling van het onderdeel mogelijk, zelfs als er weinig ruimte is.
Stuurkoppen
UltraClean-lekkleppen kunnen standaard zijn voorzien van open terugkoppelingsunits of T.VIS®-terugkoppelingsunits. Stuurkoppen van andere leveranciers kunnen met speciaal ontworpen adapters worden gemonteerd.
Opties
Aseptomag® lekkleppen kunnen worden uitgerust met een aanvullende stoomaansluiting (DA) waardoor tussentijdse stoomspoeling van het lekgebied mogelijk is, ongeacht of er een zitting opgetild wordt.
Verder kan bovenop de pneumatische aandrijver een mechanische terugslagblokkering (RSS) worden gemonteerd. Deze unit werkt samen met de radiale klepzitting A en dient als extra veiligheidsfunctie om de mengbestendige werking ook te behouden bij drukgolven tot 50 bar.
Item | Maat |
Nominale druk klep | 10 bar |
Luchtdruk | 6 bar |
Luchtdruk | 6 bar |
Hermetisch afdichtelement | Roestvrijstalen balgen |
Materiaal afsluiter klepzitting | TEFASEP® / EPDM |
Behuizingafdichting | EPDM |
Oppervlaktekwaliteit in productgebied | Ra ≤ 0,8 |
Materiaalkwaliteit in productgebied | AISI 316L / AISI 316Ti |
Max. bedrijfstemperatuur | 135 °C (275 °F) |
Max. sterilisatietemperatuur | 150 °C (302 °F) gedurende max. 30 min. |
Voor meer informatie over de toepassing van dit kleptype, raadpleeg het tabblad Aseptomag®-kleppenlijn.
Klep met dubbele kamer Aseptomag® DK – kleppenmatrix
Aseptische balgkleppen onderscheiden zich door de onvoorwaardelijk hermetische afdichting van de klepsteel, met minimale risico’s voor verontreiniging en maximale detectiemogelijkheden. De Aseptomag®-kleppenlijn is de equivalent van de hygiënische VARIVENT®-kleppenlijn voor gevoelige procesgebieden en biedt het hele assortiment, van afsluitkleppen tot en met bodemzitting-, mengbestendige en bemonsteringskleppen. De kleppen voldoen aan de hoogste hygiënenormen en voldoen aan ontwerprichtlijnen als de EHEDG- en 3-A-normen. Dankzij de modulaire structuur van de Aseptomag®-kleppenlijn zijn ook maatwerk klepoplossingen mogelijk voor specifieke proceseisen (hogere sluitdrukken, speciale materialen, speciaal ontwerp, etc.). Aseptomag®-kleppen kunnen worden voorzien van T.VIS®-stuurdoppen en kunnen daarmee naadloos worden geïntegreerd in een geautomatiseerde procesinstallatie.
In tegenstelling tot andere kleppen in de Aseptomag®-serie ligt de focus van de lekkleppen LV en LVBS niet op zuiver aseptische, maar op UltraClean-toepassingen. De meest relevante productparameter voor UltraClean-toepassingen is de houdbaarheid. Deze wordt voornamelijk bepaald door de pH-waarde en de aw-waarde van het product. Daarnaast moeten ook sensoriële eigenschappen in aanmerking worden genomen, alsook de logistieke distributieketen. Een van de voordelen van UltraClean-verwerking is de geringere hoeveelheid conserveermiddelen die nodig is om de houdbaarheid van het product te handhaven.
Kleptype | Metrisch | Inch OD |
Afsluitkleppen Aseptomag® AV | DN 15 – DN 150 | 0,75” – 6” |
Afsluitkleppen Aseptomag® AVBS | DN 15 – DN 150 | 0,75” – 6” |
Wisselkleppen Aseptomag® UV | DN 15 – DN 100 | 0,75” – 4” |
Afsluitkleppen Aseptomag® AF | DN 25 – DN 100 | 1” – 4” |
Besturingskleppen Aseptomag® RV | DN 15 – DN 100 | 0,75” – 4” |
Besturingskleppen Aseptomag® RVIN | DN 25 – DN 65 | 1“ – 2,5“ |
Tegendrukkleppen Aseptomag® GD | DN 15 – DN 150 | 0,75” – 6” |
Afsluitkleppen Aseptomag® AMV | DN 06 – DN 10 | 0,25” – 0,5” |
Lekkleppen Aseptomag® LV | DN 25 – DN 100 | 1“ – 4“ |
Lekkleppen Aseptomag® LVBS | DN 25 – DN 100 | 1“ – 4“ |
Lekkleppen Aseptomag® ADV | DN 25 – DN 100 | 1” – 4” |
Kleppen met dubbele kamer Aseptomag® DK | DN 25 – DN 150 | 1” – 6” |
Kleppen met dubbele kamer Aseptomag® DKBS | DN 25 – DN 150 | 1” – 6” |
Kleppen met dubbele kamer Aseptomag® DDK | DN 25 – DN 150 | 1” – 6” |
Kleppen met dubbele kamer Aseptomag® AXV | DN 25 – DN 150 | 1” – 6” |
Bemonsteringskleppen Aseptomag® PV | DN 10 – DN 15 | 0,5” – 0,75” |
Stoominlaatkleppen Aseptomag® DE | DN 25 – DN 40 | 1” – 1,5” |
* Verdere klepmaten en aansluitnormen (bv. ISO) op aanvraag leverbaar |
De tegendrukkleppen van de Aseptomag®-kleppenlijn worden gekenmerkt door hun ontwerp met hermetische roestvrij stalen balg.
De besturingskleppen van de Aseptomag®-kleppenlijn worden gekenmerkt door het hermetische ontwerp van hun roestvrij stalen balg.
De besturingskleppen van de Aseptomag®-kleppenlijn worden gekenmerkt door het hermetische ontwerp van hun roestvrij stalen balg. De omgekeerde besturingsklep is specifiek ontworpen voor installaties waarbij het product de klep vanaf de balgzijde binnengaat.
Compact unit to limit the water consumption for cooling purposes of centrifuges