17 maart 2025
De veehouderij en industrie zijn verantwoordelijk voor bijna 90% van de wereldwijde zoetwateronttrekking en voeren ook de boventoon in zowel verbruik als verontreiniging van waterbronnen. Daarom kunnen vooruitgangen in waterbesparingen juist hier de grootste positieve impact hebben. Dit is dan ook goed nieuws. Naarmate veehouders en industrieën hun operationele efficiëntie in de loop der jaren hebben verbeterd, is ook de waterefficiëntie verbeterd. In de veehouderij hebben vooruitgangen in druppelirrigatie, bodemvochtsensoren en slimme apparatuur, samen met het gebruik van behandeld afvalwater, niet alleen de waterverspilling drastisch verlaagd, maar ook de waterkosten verlaagd, en de kwaliteit en kwantiteit van de opbrengst verhoogd. Daarnaast zijn een gezondere bodem en een grotere weerstand tegen droogte aanvullende voordelen voor de eindresultaten van de veehouder.
In de industrie is dit niet veel anders. Water is in de industrie kritiek voor talloze processen: koeling en verwarming, reiniging en spoelen, chemische reacties, transport van materialen via pijpleidingen en transportbanden, ontsmetting, behandeling van industrieel afval of als ingrediënt in voedingsmiddelen en dranken. Ook hier hebben toenames in operationele efficiëntie de afgelopen jaren geleid tot minder waterverbruik en -verspilling per productie-eenheid. Volgens onderzoek verricht door Amerikaanse milieuwetenschapper Peter H. Gleick, werd voor WWII, 60 tot 100 ton water gebruikt om een ton staal te produceren. Begin jaren 2000 was dit nog maar 6 ton per ton staal, een tienvoudige verbetering in “waterproductiviteit”.
Tegenwoordig is slim watermanagement in de industrie aantrekkelijker dan ooit. In vele gebieden worden al waterrechten gekocht, verhandeld en gereguleerd, als handelswaar of valuta. Ernstige droogte in sommige delen van de wereld leidde tot ongekend hoge waterprijzen en gerechtelijke geschillen over gebruiksrechten. Corporaties en overheden investeren zwaar in technologieën voor bijvoorbeeld ontzouting en recyclage van afvalwater voor een stabiele toevoer.
Tegelijkertijd verschuift de focus naar grondwater als strategische hulpbron: veel landen prioriteren de productie als drinkwaterbron en leggen hoge heffingen op of ontzeggen industriële ondernemingen de toegang tot grondwater.
Terwijl veebedrijven, ondernemingen en gemeentes wedijveren om deze steeds waardevollere grondstof, wordt het een uitdaging om verantwoordelijk toegang te bieden tot bruikbaar water en tegelijkertijd een balans te vinden tussen concurrerende eisen. Succes vereist op vele fronten actie: bewustwording over watermanagement creëren, beleidsregels invoeren die de vraag van mensen, het evenwicht vinden tussen industrieën en ecosystemen, en infrastructuren ontwikkelen die een betrouwbare watertoevoer mogelijk maken.
In de tussentijd blijven de moderne waterefficiëntie- en -behandelingstechnologieën, waaronder vele van GEA, de zoetwateronttrekking in de industrie en veehouderij minimaliseren en afvalwater behandelen voor terugwinning en hergebruik; dit neemt enige druk van onze slinkende voorraad bruikbaar zoetwater.GEA’s Smart Filtration CIP en Flush zijn digitale oplossingen die reinigingsprocessen binnen een GEA-membraanfiltratie-unit optimaliseren, door het zoetwaterverbruik tijdens CIP met wel 52% te reduceren. (Afbeelding: GEA)
En ga zo maar door. GEA’s SeaWaterDistiller gebruikt bijvoorbeeld afvalwarmte van scheepsmotoren om wel 30 ton zoetwater per dag te produceren voor gebruik op containerschepen, LNG-tankers en vrachtschepen op zee. Als nog een andere manier om waarde uit afvalwater te halen, stelde GEA’s warmtepomptechnologie gemeenten in staat om warmte uit hun afvalwater op te vangen als een bron van stadsverwarming met lage koolstofemissies. GEA ontzoutingsinstallaties zetten zout zeewater om in drinkwater voor gemeenschappen in droge streken waar zoetwater schaars en ontoegankelijk is.
In veel opzichten is het werk van GEA’s waterbesparingskampioenen nog maar net begonnen. Volgens de VN wordt slechts ongeveer een kwart van industrieel afvalwater behandeld; 42% van huishoudelijk afvalwater wordt niet naar behoren behandeld en de “gezondheid en bestaansmiddelen van 4,8 miljard mensen zou in gevaar kunnen komen als de huidige bewaking van de waterkwaliteit niet wordt verbeterd”, om maar een paar droge cijfers te noemen. Bovendien blijft er een enorm onbenut potentieel voor hergebruik van afvalwater bestaan.
Voor GEA betekent dit dat we onze inzet opnieuw moeten verdubbelen om constant te innoveren om de waterefficiëntie te verbeteren. Ons Add Better-ecolabel, gecreëerd om klanten te helpen onze laatste efficiëntieverbeteringen te identificeren, belichaamt deze geest van constante innovatie.
Add Better-oplossingen die in alleen al 2023 werden verkocht, besparen vrijwel 5 miljoen ton aan CO2-emissies tijdens hun gehele levensduur en besparen 16,4 miljoen kubieke meter water bij klanten op locatie. GEA streeft ernaar om tegen 2030 het aandeel duurzame producten en oplossingen in de omzet met meer dan 60% te vergroten. Bovendien worden tegen 2030 alle GEA oplossingen aangeboden met een optie die geen gebruik maakt van zoetwater, een enorme prestatie voor GEA klanten, de gemeenschappen waar ze werkzaam zijn en de planeet.