Volgens berekeningen van de Verenigde Naties kan door een betere energie-efficiëntie ongeveer 40 procent van de emissieverlaging worden bereikt die nodig is om de globale klimaatdoelen te halen. Als belangrijke energieverbruiker staat de industrie onder enorme druk, niet in de laatste plaats door de toenemende regelgeving, om haar CO₂-voetafdruk te verkleinen en energie-efficiënter te worden. Het goede nieuws: experts in GEA Holistic Engineering Solutions (Nexus) hebben de oplossingen om klanten over de hele wereld hierbij te helpen.

Bouwen op een sterke fundering

De apparatuur en installaties van GEA staan bekend om hun duurzaamheid en efficiëntie. Daar zijn we trots op, maar we rusten niet op onze lauweren. We werken er voortdurend aan om het energieverbruik van installaties terug te dringen en de efficiëntie te maximaliseren, machine voor machine, in het kader van onze inzet om duurzame waarde te scheppen en van ons leidende motto “engineering for a better world.”

Als deel van de productie speelt de koudetechniek, bestaande uit zowel verwarming als koeling, een essentiële rol, in het bijzonder in de voedselverwerkings-, zuivel- en drankensector. GEA’s eigen koeloplossingen onderscheiden zich door hun hoge energie-efficiëntie. Zij maken altijd gebruik van compressortechnologie met ammoniak als natuurlijk koelmiddel. In tegenstelling tot fluorkoolwaterstoffen (HFK’s) is ammoniak gemakkelijk te verkrijgen, niet duur en heeft een minimale impact op het milieu. Nieuwe wetgeving legt een geleidelijke afbouw van HFK’s op, wat klanten ertoe verplicht om over te stappen op natuurlijk koelmiddelen als ammoniak; zo heeft de EU zichzelf in 2019 bijvoorbeeld als doel gesteld om f-gasemissies met twee derde te verlagen vóór 2030.

Warmte is warmte, of het nu -40 of +140°C is

Traditioneel nemen koeling en verwarming tussen de 50 en 90 procent van het hele energieverbruik van een installatie in beslag. Dit omvat gewoonlijk zowel afvalwarmtestromen (bv. afvalwater, hete vochtige lucht, condensorwarmte van koelsystemen) als warmteverbruikers (bv. proceswater, centrale verwarmingssystemen, blancheermachines, drogers enz.). Dit betekent dat bijna elke voedingsmiddelen-, dranken- of zuivelverwerkingsinstallatie kan profiteren van de integratie van een GEA warmtepomp. Want GEA’s warmtepompen zijn in staat om afvalwarmte te verhitten (of af te koelen) voor hergebruik in andere productieprocessen.

Warmtepompen worden sinds het begin van de jaren ‘80 van de vorige eeuw gebruikt voor verwarming van woonhuizen en stadsverwarming; de integratie ervan in de voedingsmiddelenverwerking is recenter, en niet in het minst te danken aan de vooruitgang in de GEA’s warmtepomptechnologie die nu temperaturen kan bereiken van tot 90 graden Celsius. “De voedingsmiddelen-, zuivel- en drankenindustrieën zijn in feite de belangrijkste drijfveren achter de ontwikkeling van warmtepompen. Deze sectoren hebben ten slotte hogere temperaturen nodig voor hun processen”, legt Kenneth Hoffmann, Product Manager Heat Pumps, GEA Refrigeration Technologies, uit. “In bijna alle gevallen,” aldus Hoffmann, “kunnen klanten na de installatie van een GEA warmtepomp een deel van de gasboilers, zo niet allemaal, elimineren die gewoonlijk worden gebruikt voor het verhitten van water. Dit resulteert in hogere energiebesparingen en aanzienlijke verlaging van de CO₂-uitstoot, des te meer wanneer er groene energiebronnen worden benut.” Deze stap vergt een grotere kapitaalinvestering, die zich echter snel terugbetaalt door de sterk gereduceerde bedrijfskosten.

Succesvolle wereldwijde NEXUS-projecten van GEA

GEA’s unieke NEXUS-aanbieding is het hoogtepunt uit onze brede portfolio, veelomvattende knowhow en onze competentie in de koeltechniek. GEA heeft namelijk tientallen jaren ervaring in de efficiëntieverbetering van industriële installaties. Door het opzetten van één centraal contactpunt met een geïntegreerd aanbod hebben we het onze klanten nu nog gemakkelijker gemaakt.

Vloeibare zuivelverwerking, Ierland

Krappe winstmarges en de wens om de capaciteit te vergroten en tegelijkertijd de ecologische voetafdruk te verbeteren waren in 2019 de redenen voor Ierlands op één na grootste verwerker van vloeibare melk, Aurivo, om hun locatie in Killygordon te moderniseren. Naast nieuwe vloeistofverwerkingssystemen worden nu ook ultramoderne energiebesparende koeloplossingen ingezet, en verder warmteterugwinning met warmtepompen van GEA. Hiermee heeft Aurivo zijn CO₂-uitstoot op deze locatie met 80 procent weten te verlagen, de melkverwerkingscapaciteit per uur met ongeveer 80 procent verhoogd en operationele besparingen van meer dan €347.000 per jaar gerealiseerd. Hoewel er al groene stroom gebruikt werd, kon Aurivo met dit project het algehele energieverbruik terugdringen, voornamelijk door minder afhankelijk te zijn van waterboilers die worden gestookt op fossiele brandstoffen. Dit werd mogelijk door de integratie van een GEA warmtepompsysteem, dat overtollige warmte uit de nieuwe koelinstallatie terugwint en kanaliseert om aansluitend het water voor het melkpasteurisatieproces te verwarmen.